Tag archieven: Kop van ’t Land

Vlinders snakken naar de zon, net als wij

Dankzij het koude en natte voorjaar werden er minder vlinders gezien dan de voorgaande jaren. Ook in de voorzomer, tot half juli, was het een slecht vlinderjaar. Als de zon even doorbreekt zijn de vlinders er inééns.

Wilde bloemen
Op koude, regenachtige dagen met lage temperaturen zie je weinig vlinders, maar tijdens zonnige momenten zijn ze snel weer te zien. Vlinders zijn koudbloedige dieren, wat wil zeggen dat ze niet zelf hun temperatuur op de gewenste 30 graden kunnen krijgen. Ze hebben die warmte van buitenaf nodig. De luchttemperatuur in Nederland is niet hoog genoeg, maar als de zon schijnt is dat geen probleem meer. De vleugels doen dienst als zonnecollectoren en in de volle zon kunnen vlinders weer snel vliegen. Tijdens mijn bezoek aan het bloemrijke graslandje in de buurt van de Kop van ’t Land is dat goed te zien. In de afgelopen dagen heeft het bakken geregend. Hier en daar is het soppen geblazen. Zodra de eerste zonnestralen echter door het wolkendek priemen, komt er leven in de brouwerij. Eerst worden de icarusblauwtjes actief, later gevolgd door kleine vos, hooibeestje, klein koolwitje, atalanta en bruin zandoogje. Dat er op deze locatie vlinders rondvliegen is niet zo gek. Het barst er immers van de wilde bloemen.

Bloemrijk grasland bij de Kop van ’t Land in Dordrecht. (foto; Jacques van der Neut)

Koninginnenpage spreekt tot de verbeelding
Overal bloeit wilde peen met overdadige witte bloemschermen. Het is een bloemenzee, waarin vogelwikke, gewone pastinaak, witte honingklaver, teunisbloem en wilde cichorei zorgen voor kleurrijke accenten. Tussen de bloeiende wilde peen zoek ik naar koninginnenpages, grote, kleurrijke vlinders maar waarschijnlijk is het voor deze soort nog niet warm genoeg. De koninginnenpage spreekt tot de verbeelding. De grootte, de fraaie gele kleur, de blauwe en rode oogvlekken en de staartjes maken de vlinder een bijzonderheid. In Nederland was de soort in het midden van de vorige eeuw regelmatig

Deze afbeelding heeft een leeg alt-attribuut; de bestandsnaam is koninginnepage.jpg
Koninginnenpage op rode klaver. (foto; Jacques van der Neut)

aanwezig, maar daarna verdween hij vrijwel helemaal uit ons land. Alleen in het zuidelijkste puntje van Limburg zat eind jaren 80 nog een populatie. Daarna volgde echter een herstel en beneden de grote rivieren is de vlinder nu weer regelmatig aanwezig. Een wandeling tijdens zonnig weer door het bosgebied De Elzen, de Louisa Cannemanspolder, de Noorderdiepzone en natuurlijk de Noordwaard biedt een reële kans op een ontmoeting. De koninginnenpage is een heel goede vlieger, die gemakkelijk vele kilometers aflegt. In sommige jaren, onder warme omstandigheden, worden de vlinders tot in Friesland en Groningen gezien. Het leuke is dat de soort zich overal kan voortplanten. De rupsen zijn afhankelijk van schermbloemigen. Wilde peen staat op veel plekken in wegbermen en in moestuinen vinden ze dille, kervel en andere schermbloemigen.

Ingezaaide planten
De soorten die in het grasland bij ‘de Kop’ bloeien zijn ingezaaid, maar daarbij zijn tenminste inheemse soorten gebruikt, hetgeen niet kan worden gezegd van de bont gekleurde, ingezaaide stroken langs bouwland elders in de polder. Qua kleur zien die er wel attractief uit, maar voor bezoekende hommels, bijen en vlinders biedt het weinig soelaas. Tijdens fiets- en wandeltochten over het Eiland van Dordrecht had ik al eerder gezien dat er een perceel landbouwgrond braak lag in de Noordbovenpolder. Hoe zou het daar zijn met wilde planten en insecten? Na een korte wandeling kom ik bij het bewuste perceel en zie een hoop soorten, waarvoor bijna iedereen de neus ophaalt. Het gaat dan om planten zoals akkermelkdistel, grote weegbree, beklierde duizendknoop, klein kruiskruid en witte honingklaver. Er groeien natuurlijk ook akkerdistels en speerdistels. Als ik tussen de planten doorloop hoor ik

Deze afbeelding heeft een leeg alt-attribuut; de bestandsnaam is Distelvlinder.jpg
Distelvlinder (foto; Jacques van der Neut)

een enorm gezoem van aan- en af vliegende hommels en bijen. Op een bloeiende akkerdistel zit een fantastische, groene kever; een gouden tor om precies te zijn. De kever beweegt nauwelijks, dus is er alle tijd om te fotograferen. Er fladderen ook de nodige vlinders, zoals de distelvlinder, een echte trekvlinder. Distelvlinders overwinteren vooral in Afrika en Marokko. De hoeveelheid distelvlinders die jaarlijks Nederland bereikt wisselt sterk. Uit onderzoek blijkt dat hoge aantallen distelvlinders vaak samenvallen met veel Saharazand in Noord-Europa: vlinders hebben dan letterlijk de wind in de rug. In zulke topjaren komen er in het voorjaar heel veel vlinders aan. Na de voortplanting kunnen we er dan in augustus vele duizenden te zien krijgen. In andere jaren halen maar erg weinig vlinders de overtocht van Afrika naar ons land en dan is het een schaarse soort waarvan je al blij bent dat je er in augustus eentje ziet

Weer bever doodgereden op de Bandijk…

Sinds de oplevering van de Noordwaard stijgt het aantal verkeersslachtoffers. Ook bevers zijn de klos. (foto: Jacques van de Neut)

Sinds de oplevering van de werkzaamheden in de Noordwaard bij Werkendam, worden er met enige regelmaat op de Bandijk reeën, vossen en hazen doodgereden. “Gisteren werd ter hoogte van de Muggenwaard, de achtste bever doodgereden” stelt Thomas van der Es, boswachter bij Staatsbosbeheer in de Biesbosch.

Gegraven geulen
De toename van het aantal doodgereden dieren op de Bandijk, wordt mede veroorzaakt door de enorme verandering die dit voormalige landbouwgebied heeft ondergaan. In de tijd dat het gebied bestond uit landbouwpolders deed dit fenomeen zich amper voor. “We hebben nu echter te maken met een totaal nieuwe situatie, waarbij gegraven geulen pal tegen de Bandijk eindigen. Eigenlijk doorsnijdt de Bandijk momenteel twee kletsnatte leefgebieden, waarbij bevers het nieuw ontstane gebied verkennen. Tijdens hun omzwervingen steken zij de Bandijk over, met alle gevolgen van dien.” Locaties die gevaar opleveren voor overstekende (zoog)dieren  zijn de Muggenwaard, de Keizersguldenwaard en de Binnen-Jager. Het gaat trouwens niet alleen om bevers. Ook reeën fungeren als verkeersslachtoffer. Vooral in perioden met hoog water worden de ranke zoogdieren uit de voorheen droge landbouwgebieden verdreven en bekopen hun vlucht dan ook soms met de dood. In de morgen- en avondspits is het bij de pont dringen geblazen. “Bovendien heeft de Bandijk zich bij opstoppingen of files op de A27 ontwikkeld tot een sluiproute, waarbij voor het halen van de pont naar de Kop van ’t Land in Dordrecht, extra gas wordt gegeven.” De Biesbosch ligt thans als een grote natuurkern in een versnipperd landschap. Diverse organisaties zetten zich in voor de terugkeer van de otter. Er bestaat een reële kans dat otters zich spontaan in het gebied zullen vestigen. “Als de verkeerssituatie zo blijft op de Bandijk, dan voorspel ik een sombere toekomst voor dit dier in onze regio.”

Reeën in de omgeving van de Muggenwaard. (foto: Jacques van der Neut)

Verkeersdrempels
Wat voor maatregelen zouden er getroffen kunnen worden? “Allereerst dient zoiets natuurlijk vergezeld te gaan van de nodige voorlichting om de mensen te wijzen op het speciale karakter van het gebied, waar zij rijden. Je zou ook kunnen denken aan aanpassing van de snelheden of, beter nog, het aanbrengen van snelheidsremmende maatregelen. In de wandelgangen ook wel bekend als verkeersdrempels” besluit Van der Es. Het harde rijden op de Bandijk komt niet uit de lucht vallen. Het is al jaren een bekend gegeven. Naar aanleiding van de recente berichtgeving over de verkeersslachtoffers heeft de fractie van de ChristenUnie vragen gesteld aan het College van B&W gemeente Werkendam, over mogelijke oplossingen voor dit vraagstuk.