Afgelopen zaterdagavond bereikte het Wildlife Film Festival Rotterdam (WFFR) haar hoogtepunt: de uitreiking van de Awards in de Arminiuskerk in Rotterdam. Een prachtige happening in een prima ambiance.
The Best Independant Production
Natuurlijk was regisseur Bas Kakes uit Dordrecht daarbij aanwezig. Hij maakte immers de documentaire De Biesbosch; Natuur in beweging en met zijn kompanen genomineerd in de categorie The best Independant Production. Stuk voor stuk werden de afzonderlijke categorieën opgesomd met de respectievelijke genomineerden. Bas Kakes viste met zijn inzending achter het net, maar daarbij moeten we wel realiseren dat er meer dan 500 inzendingen waren, waarvan er 50 overbleven. Uit die schifting werden er vervolgens zo’n 30 genomineerden geselecteerd,

verdeeld over elf categorieën. Op de keper beschouwd heeft Bas Kakes met zijn inzending het er dan best goed vanaf gebracht. Op de uitreiking veel bekenden ontmoet zoals fotograaf Jasper Doest en de filmmakers Cees van Kempen en Kees van Berchum. Hoog tijd dus voor praatje met een borrel. Klaudie Bertelink, producente van De Wilde Noordzee, werd als prijswinnaar van deze versie van het WFFR in het zonnetje gezet. Na onze overnachting in Rotterdam de volgende ochtend weer terug naar het WFFR. We wilden namelijk nog een paar films zien. De zondag begon om 11.00u met Flyways – The untold journey of migratory Shorebirds, een werkelijk fantastische film over kustvogels en alle inzet die onderzoekers doen om iets van de trekwegen in kaart te brengen en de bezoekers kregen ook een idee van de tegenslagen die daarmee gepaard gaan. Vervolgens het verhaal Wilding, het verhaal over de drastische omslag van het gebruik en het beheer van het landgoed Knepp in West Sussex en last but not least De Wilde Noordzee als afsluiter, met een bijzonder informatieve aftertalk.
De Wilde Noordzee
Deze film rolde als winnaar van het WFFR uit de bus. Voor de film werden maar liefst 1000 duiken uitgevoerd. De producente Klaudie Bertelink vertelde na de vertoning iets over de totstandkoming van deze bijzondere film. “In het Nederlandse bestel is het zeker niet makkelijk om zo’n grote productie van de grond te krijgen. Bovendien ben ik vooral duiker en een filmmaker, maar van de hele trits die daar nog achteraan komt, zeg maar het wegzetten van zo’n film, had ik nog weinig ervaring. Gaandeweg het proces heb ik daar echter van mensen, die daar wel heel goed in zijn, veel opgestoken.” Zo vertelt zij over een tour in 2025, waar het epos over de Noordzee met live-muziek in vijftien theaters zal worden opgevoerd. “Verder was deze productie omgeven door de nodige onzekerheden” vervolgt ze. “Het commentaar lieten we verzorgen door Peter van Rodijnen, weliswaar een ervaren duiker en onderwatercameraman, maar zeker geen acteur en bovendien onbekend bij het grote publiek. Sven Figee wilde graag de muziek voor De Wilde Noordzee maken, maar zoiets had hij nog niet eerder gedaan. Zoiets vereist keuzes, waar we uiteraard uitgebreid over hebben gepraat.”

De foto’s bij dit artikel zijn gemaakt door Marco de Swart/WFFR
Nederlandse natuurfilms krijgen de laatste tijd weer veel aandacht. De Nieuwe Wildernis scoorde een paar jaar geleden hoge ogen en momenteel is Holland, Natuur in de Delta in omloop. In Rotterdam wordt dit weekend een heus Wildlife Festival (WFFR) gehouden. Gisteravond was ik bij de première van de film van Cees van Kempen over de ijsvogel.
om De Biesbosch heen. Dit waterrijke natuurgebied is met zijn weelderig begroeide kreken een prima broedgebied. Volgens de boeken graven zij hun nestgangen uit in steile buitenbochten van snel stromende rivieren en beken. Om de ijsvogels er weer bovenop te helpen stak wijlen Kees Bolkenbaas uit Sprang-Capelle in de jaren ’80 wandjes langs kreken af en boorde vervolgens met allerlei gereedschappen nesttunnels. Bolkenbaas was in de ban van de ijsvogel. Hij sprak er altijd met veel liefde en enthousiasme over. Later stopte Bolkenbaas met zijn ‘ijsvogelwerk’, want de stand ging vooruit en dat maakte zijn werk in feite overbodig. In De Biesbosch broeden ijsvogels voornamelijk in wortelkluiten van omgewaaide bomen. Het door Cees van Kempen gefilmde nest bevond zich in de directe omgeving van het Rijn-Scheldekanaal. Hij gokte op meerdere nesten en het was te hopen dat de vogels het zouden accepteren dat de nestlocatie tevens fungeerde als filmstudio. In de film van Van Kempen, die de eenvoudige titel ‘De ijsvogel’ meekreeg, zijn de opnamen in de nestruimte door een glasruit gefilmd. Dat is een ding, maar bij het filmen in de nestholte diende er ook gebruik te worden gemaakt van kunstlicht, gewoonlijk vertoeven ijsvogels daar immers in het pikkedonker!