Tag archieven: stadspark

Văcăreşti; groen lustoord voor natuurliefhebbers in Boekarest

Văcăreşti in Boekarest toont de enorme veerkracht van de natuur. Zonder menselijke bemoeienis heeft de natuur deze verlaten bouwput uit het communistische tijdperk omgevormd tot een groene oase in de dichtbevolkte stad.

Groene ader
Via internet boeken we een paar overnachtingen in Boekarest, om precies te zijn in Les Jardins Carol. Het hotel ligt buiten het drukke centrum van Boekarest, maar dichtbij een aantal op elkaar aansluitende stadsparken, die de groene long vormen van deze Oost-Europese metropool. Meteen na onze landing in Boekarest is het al raak, we worden belazerd door onze taxichauffeur en vanaf dit moment besluiten we alleen nog in zee te gaan met chauffeurs die rijden via Uber Taxi. Mijn zoon Martijn en ik verblijven een paar nachten in Les Jardins Carol en doen daarbij vooral het centrum aan. In Europees verband wordt er gevoetbald en we gaan het centrum in om een hapje te eten, daarna bij een kroeg naar voetbal gekeken. Onbeschrijfelijke taferelen, waarbij de alcohol rijkelijk vloeit en mensen zoveel drinken dat ze zowat omvallen. In de deinende menigte verzamelt een klein mannetje lege, plastic flessen. Door de kletterende regenbui is hij doorweekt. Rond middernacht weer terug naar ons onderkomen, waarbij we langs het groteske paleis lopen van voormalig dictator Nicolae Ceaușescu. De volgende ochtend brengen we een bezoek aan Văcăreşti, een bijzonder fraai voorbeeld van natuur in de stad.

The delta between the blocks. (foto; Jacques van der Neut)

‘The Delta between the blocks’
Tijdens een van mijn eerdere bezoeken aan Roemenië hadden de woningen de kenmerkende grauwe uitstraling. Maar die tijden zijn veranderd. Veel woonwijken in Boekarest zijn thans voorzien van een fris likje verf. We wandelen door diverse stadsparken. Het is er druk en boven het geroezemoes van bezoekers klinkt het bekende schelle geluid van heen en weer scherende halsbandparkieten. Na een klein uurtje arriveren we bij Văcăreşti, waar je je gelijk in een totaal andere wereld waant. De spontaan opgekomen bomen en struiken en zeker de metershoge, omringende betonnen dijk fungeren namelijk als een

‘The delta between the blocks’ wordt omringd door enorme woontorens. (foto; Jacques van der Neut)

enorme geluidswal. Heel af en toe hoor je het geluid van de hectiek in het centrum. Vanwege de ligging wordt Văcăreşti ook wel ’the delta between the blocks’ genoemd; de omgeving wordt immers gedomineerd door een paar kolossale woontorens. Er ligt geen netwerk aan strak gemaaide wandelpaden. Je moet gewoon maar een beetje de structuur van ingesleten weggetjes volgen. In de praktijk komt dat soms neer op lopen of springen over modderige- en drassige stukken. In de Nederlandse situatie zouden we zoiets betitelen als ‘struinnatuur’. In het centrale deel staat een klein voorlichtingscentrum en hier en daar plaatste men een aantal kijkschermen en uitkijktorens. Na een dag wandelen in dit prachtige voorbeeld van een Urban City Park, komen we slechts een handvol bezoekers tegen. We hebben een leuk lijstje met ruim veertig vogelsoorten geturfd, waaronder uitschieters als wielewaal, zomertortel, grauwe klauwier, grote karekiet, woudaap (een kleine reigersoort), witwangstern en dwergaalscholver.

Kunstmatig waterreservoir
De oorsprong van Văcăreşti gaat terug naar de communistische tijd. Ceaușescu wilde in Boekarest meerdere grootschalige projecten uitvoeren. Zo gaf hij onder meer opdracht om het stuwmeer van Văcăreşti aan te leggen. In 1986 werd het voorheen moerassige gebied drooggelegd, waarbij alle bestaande gebouwen met de grond gelijk werden gemaakt. Ook het vanuit historisch oogpunt belangrijke klooster van Văcăreşti verdween door de slopershamer. Via een reeks waterwegen en meren wilde men het kunstmatige waterreservoir in de Dâmbovița rivier in Boekarest met de Donau in verbinding brengen. De ingreep zou tevens de kans op overstromingen verminderen. Bij de revolutie in 1989 werden Ceaușescu en zijn vrouw Elena echter gefusilleerd en de plannen voor Văcăreşti verdwenen in de prullenbak. Een deel van de plannen was al uitgevoerd; rondom het gebied was een gigantische betonnen dijk aangelegd. Voor het inmiddels ommuurde Văcăreşti werden allerlei alternatieve plannen geopperd zoals een recreatief complex met golfbaan, een congrescentrum, een hotel en een paar casino’s. Er circuleerden plannen genoeg, maar geen enkel idee werd daadwerkelijk ten uitvoer gebracht. Met het verstrijken van de jaren raakten al deze plannen in de vergetelheid en de natuur nam de touwtjes in handen en transformeerde Văcăreşti geleidelijk tot een groen lustoord voor vogelaars en natuurliefhebbers.

Tijdens onze wandeling zagen we regelmatig een klauterende woudaap. (foto; Jacques van der Neut)

Goede waterkwaliteit
De waterstand in deze groene oase wordt niet gereguleerd door gemalen of zoiets. Een stelsel van ondergrondse bronnen vult diverse waterpartijen en zorgt voor een goede waterkwaliteit, waardoor er zelfs otters – op Europees niveau bedreigde zoogdieren – voorkomen. In de moerassige delen van Văcăreşti leven ook reptielen zoals schildpadden en slangen. Een publicatie in National Geographic over dit spontaan tot ontwikkeling gekomen natuurparadijs, onderstreept het belang van dit bijzonder fraaie staaltje van natuurontwikkeling. Dankzij de nimmer aflatende inzet van een groep milieubeschermers en -activisten gaat hun vurige wens in 2014 eindelijk in vervulling: de Roemeense autoriteiten gaan akkoord met het verlenen van een beschermde status voor het spontaan ontstane natuurterrein, met een grootte van maar liefst 183 hectare. Meer informatie op: https://parcnaturalvacaresti.ro

Naar de Donaudelta
Na ons bezoek aan het Roemeense centrum en Văcăreşti, lopen we weer terug naar ons hotel. Onderweg passeren we een aantal electrische

De stepjes van Uber brengen uitkomst. (foto; Jacques van der Neut)

stepjes van Uber. Na het maken van een account, sjezen we kort daarop via allerlei groene stadsparken terug naar ons hotel. De volgende dag gaan staat onze volgende bestemming op het programma; de Donaudelta. Na het ontbijt in Les Jardins Carol, vraag ik nog om een kop koffie, maar krijg die vreemd genoeg niet. Volgens de ober ‘heb ik er immers al één gehad’… Vervolgens vraag hij of wij een internationale beoordeling willen achterlaten. We spraken in de afgelopen tijd vaak met allerlei Roemenen en de meeste reageerden spontaan en waren geïnteresseerd wat wij kwamen doen. Er waren echter ook mensen met onbewogen, norse gezichten die duidelijk in het communistische tijdperk waren blijven hangen. Maar dan komt onze Uber taxi precies op tijd aanrijden en brengt ons naar het vliegveld, voor de transfer naar Tulcea in de Donaudelta.

Futen; levende onderzeeërs

fuut_0026
Een jonge fuut vaart een stukje mee. (foto: Jacques van der Neut)

De fuut is een algemene broedvogel van groot en visrijk water met een dekking gevende oevervegetatie. De fuut broedt echter ook  in stadsparken en grachten. Momenteel zijn er jongen in allerlei stadia te zien. Sommige volwassen futen sjouwen al weer met nestmateriaal en maken zich op voor een vervolg legsel.

Nestbouw
Voor de afsluiting van het Haringvliet kwamen futen in de Biesbosch niet of nauwelijks tot broeden. Na 1970 verminderde de getijdenwerking door de Deltawerken aanzienlijk en konden futen zich in de waterrijke Biesbosch als broedvogel vestigen.  Het nest, een weliswaar drijvend, maar aan de vegetatie verankerd platform, wordt door beide futen in elkaar geflanst. Bij de nestbouw verwerken ze behalve diverse planten, soms ook hele andere materialen zoals bagger, papier, lappen, plastic, zoetwaterschelpen en stukjes hout. Van maart tot in augustus worden de roomwitte eieren gelegd. In sommige gevallen zelfs in september of oktober. In de Biesbosch reageren broedende futen soms nauwelijks op voorbijvarende recreanten. Zeker als die rustig voorbij varen… Het doen en laten van deze watervogels is trouwens vanaf een boot, op enige meters afstand, prima te volgen.

fuut
Een jonge fuut ziet in de verte een volwassen fuut aankomen met een visje in de snavel (foto; Jacques van der Neut)

 

Eitand
Op een gegeven ogenblik gebruiken de twee hummels de rug als springplank. Zacht piepend roepen zij de ouders aan. Voorop de kleine snavels is een klein wit puntje zichtbaar, de eitand. Met dit beenpuntje doorboort een uitkomend jong de eischaal. Een behoorlijk geploeter, voor zo’n beestje. Eén van de vogels gaat voor de jongen zwemmen en vouwt de veren open. Behoedzaam stappen de donsjongen weer op de rug. Een fuut duikt met de jongen op de rug ook onder water. Bij meerdere duiken verliest zo’n levende onderzeeër de lading. De kuikens tjoepen dan als pingpongballen boven water. Futen broeden niet uitsluitend in natuurgebieden. Stadsparken en grachten in Den Haag, Leiden, Delft, Amsterdam en Dordrecht vormen tevens een prima broedgebied voor deze kleurrijke watervogel. In de stedelijke omgeving beginnen futen zo’n vier tot vijf weken eerder met broeden. Zij hebben immers niets te duchten van golfslag, zuiging, scheepvaart of hogere waterstanden waar buitendijks broedende futen wel degelijk mee te maken hebben.