Tag archieven: Endemen

Oog in oog met albatrossen en pinguïns

Op donderdag 16 januari aanstaande geven mijn vrouw en ik een presentatie over onze reis naar de Falkland Eilanden in The Movies in Dordrecht. Aanvang 20.15u. Toegangskaarten zijn aan de kassa verkrijgbaar ad 7,50 euro. Tot 1982 stond de eilandengroep vooral bekend om het steken van turf en het scheren van schapen. Na de inval van de Argentijnse troepen waren de nauwelijks begroeide eilanden inééns wereldnieuws. De Falklandoorlog duurde 74 dagen, waarna de Argentijnen zich overgaven. Het leidde tevens tot de val van de Argentijnse, militaire junta.

Werelds paradijs

Ezelspinguïns. (foto; Jacques van der Neut)

Het vogel- en dierenleven op de eilandengroep is fantastisch en kenmerkt zich door het totaal ontbreken van schuwheid. Zoiets zien we ook op andere eilandengroepen en heeft ongetwijfeld te maken met de geïsoleerde ligging. Overal zijn pinguïns zoals de rotspinguïn, ook wel bekend als de rockhopper, de ezelspinguïn en de koningspinguïn. Bijzonder indrukwekkend om al die vogels van zo dichtbij te kunnen bekijken. Op eilanden waar het gelukt is om de ratten, muizen en verwilderde katten uit te roeien kom je relatief veel zangvogels tegen zoals de Falklandlijster, de Cobb’s winterkoning (een endeem) en de zwarte Cinclode, ook wel bekend als de Tussockbird. Als je bij het strand een boterham zit te verorberen, lopen deze behendige, bruine gekleurde vogels zowat over je bergschoenen. Watersnippen gaan er bij benadering vreemd genoeg niet halsoverkop vandoor, maar komen juist naar je toe lopen. Een onbekend fenomeen in Europa! Verder zijn de honderden zeeolifanten kostelijk. Ze boeren behoorlijk en winden laten kunnen ze ook. Ze produceren bizarre geluiden. Op veel plaatsen vliegen gestreepte Caracara’s (behendige roofvogels) die als ze de kans krijgen, je boterhammen tijdens een picknick weg graaien.

Koningspinguïn in de kolonie op Volunteer Point. (foto; Jacques van der Neurt)

Beperkte accomodatie
Tegenwoordig zijn de Falkland Eilanden een gewilde reisbestemming. Naast het financiële aspect (toch wel even een dingetje…) moet je voordat zo’n trip werkelijkheid wordt, wel wat geduld hebben, want de accomodatie is immers zeer beperkt. Ons contact verliep via de Falkland Tourist Board (een soort VVV) en leidde tot behoorlijk wat gebel en gemail. Onze eerste contacten voor onze trip in januari 2019, legden we in 2017. We konden toen trouwens al niet meer boeken voor een verblijf op Volunteer Point; een iconische plek met de enige broedkolonie van de koningspinguïn. Een werkelijk magnifieke plek op loopafstand van je accomodatie. Tijdens de voorbereidingen komt er dan inééns groen licht voor één nacht (…). In zo’n geval is het snel toehappen en dan wordt het zaak de andere bestemmingen daar omheen te organiseren. Een kwestie van passen en meten. Aan de andere kant wel mooi dat de Engelsen op deze manier voorkomen dat de eilanden totaal worden overlopen. Verder zijn er grote lappen grond (soms duizenden hectaren…) in handen van particulieren, die op geen enkele manier een grootschalige, toeristische ontwikkeling op hun land willen. Op de diverse eilanden zijn boerenbedrijven actief die ook toeristische onderkomens aanbieden. Door de geïsoleerde ligging zijn ze qua bevoorrading aangewezen op schepen. Communicatie met mobiele telefoons is niet altijd mogelijk. Voor de medische zorg is er een dienst actief, die vergelijkbaar is met de Flying Doctors. Voor gecompliceerde, medische ingrepen zijn de Engelse bewoners echter aangewezen op Chili. Dat is echter gemakkelijker gezegd dan gedaan. Slechts een keer per week is er een reguliere vliegverbinding…

Madeira; kleurrijk bloemeneiland in de Atlantische Oceaan (1)

De Strelitzia, wordt ook wel paradijsvogelbloem genoemd. (foto: Jacques van der Neut)

Madeira, ook wel bekend als het Bloemeneiland, ligt ten westen van Marokko in de Atlantische Oceaan en is het enige stukje tropisch regenwoud in Europa. Het straatbeeld op Madeira is uiterst kleurrijk, niet in de laatste plaats door de vele bloeiende planten, struiken en bomen. Palmbomen, bananenbomen, (in het wild groeiende) Fuchsia’s, blauw en wit bloeiende Agapanthus siert de bermen en straatkanten en voor de rest de Hortensia’s, Canna’s, witte aronskelken, Bougainvillea en niet te vergeten de bijzonder kleurrijke Strelitzia, vanwege de uitbundige tinten ook wel bekend als paradijsvogelbloem. Natuurlijk fladderen er vanwege al die bloemen de nodige vlinders rond, zoals atalanta’s, bonte zandoogjes, distelvlinders en monarchvlinders.

Laurierbossen
Madeira was ten tijde van haar ontdekking in 1419 zeer rijk aan boomsoorten. Door het eeuwenlang kappen van bomen voor bouwmateriaal en brandstof, zijn er weinig oorspronkelijke bossen op Madeira overgebleven. Zo was in 1433 al een groot deel van Madeira ontbost. Naast houtkap heeft het Bloemeneiland meerdere malen te maken met bosbranden. De sporen van de recente, felle brand uit augustus 2016, waarbij ook huizen verloren gingen in de hoofdstad Funchal, zijn nog duidelijk in het terrein te zien. Door zwartgeblakerde struiken en bomen hangt er dan een grauwsluier over het landschap. Ondanks de bosbranden en de boomkap groeien er in het noorden nog een aantal oorspronkelijke laurierbossen (laurasilva) die nogal eens in nevel zijn gehuld. In april kleuren de glooiende berghellingen donkergeel door massaal bloeiende gaspeldoorns; zij zorgen voor opvallende accenten in het bergachtige landschap. Het laurasilva van Madeira werd door de Unesco in 1999 uitgeroepen tot werelderfgoed. Nog steeds is een vijfde van het eiland begroeid met bossen, maar 90% daarvan bestaat uit uitheemse soorten; er zijn enorm veel boomsoorten ingevoerd, zoals kastanjes, mimosa’s, pijnbomen, Douglas-sparren, cipressen, Japanse ceders, Indiase zilversparren en eucalyptussen. Als je door die weelderige bossen wandelt mis je als Nederlander eigenlijk de vertrouwde zang van tjiftjaf, fitis of de boomkruiper. Hier en daar klinkt slechts de zang van de Madeiravink of de Madeira goudhaan. Er zijn wel opvallend veel merels. In kleine dorpen en gehuchten wordt het klankbeeld in het voorjaar in de vroege morgenuren en tegen de avond volledig door deze zwarte zangvogel bepaald. Op Madeira is alles weelderig begroeid, zo gedijen er maar liefst 67 soorten varens, waarvan twaalf endemische. De metershoge boomvarens zijn bijzonder imposante verschijningen. Tijdens een wandeling stuit je soms op de wel erg forse ‘Trots van Madeira’, een endemische variant van het slangenkruid (Echium) met mooie blauwviolette of witte bloemen.

De ‘Trots van Madeira’. (foto; Jacques van der Neut)

 

 

 

 

 

 

 

Madeira muurhagedis
Op Madeira komt maar een soort reptiel voor, de Madeira muurhagedis. Het is niet zo moeilijk om deze fraaie reptielen te bekijken. Het valt eigenlijk op, als je ze niet ziet! Zodra je ergens wandelt in de omgeving van een muurtje of een plantsoen dan zie je er tientallen wegschieten. Als het zonnetje schijnt dan warmen deze koudbloedige dieren zich graag op. Wij zagen grote aantallen in Port Moniz (bij het Orca restaurant) en tijdens ons bezoek aan de botanische tuin in Funchal. Normaal gesproken hoef je er niet naar te zoeken, zij kruisen vanzelf je pad. Sommige exemplaren hebben een fraaie tekening ; een hele trits aan blauwe stippels aan weerszijden van hun lijf. Volgens mij zijn dat de mannetjes, de vrouwtjes zijn overwegend donkerbruin getekend. Op Madeira kun je prachtige wandelingen maken langs levada’s. In mijn volgende blog ga ik daar verder op in.

Een zonnende Madeira muurhagedis. (foto; Jacques van der Neut)